Tsoupaki

Calliope Tsoupaki

‘Aurora’ maakt indruk

Opgemerkt door Dimitri

De wereldpremière van ‘Aurora’ van Calliope Tsoupaki maakte diepe indruk en kreeg in de pers jubelende recensies. Op vrijdag 15 oktober opende het nieuwe seizoen van AVROTROS Vrijdagconcert met dit werk voor koor en orkest. Centraal staat de dageraad die elk jaar niet meer aanbreekt voor vele honderden vluchtelingen die schipbreuk lijden tijdens hun boottocht over de Middellandse Zee. Katarina Canellakis dirigeerde het Groot Omroepkoor en het Radio Filharmonisch Orkest.

Achtergrondinformatie over het stuk

Calliope Tsoupaki (1963) wijdt regelmatig muziek aan maatschappelijke thema’s. In Aurora belicht ze de onmenselijke behandeling van vluchtelingen, dat ook het thema was van haar opera Fortress Europe. Het thema van AVRO-TROS Vrijdagconcert is Wanderlust. Een romantisch concept: het reizen om nieuwe werelden te ontdekken. Maar vluchtelingen reizen niet alleen op zoek naar een beter leven en een nieuwe wereld, maar ook uit bittere noodzaak, verdreven door oorlog of door de klimaatcrisis.

Voor het programmaboekje bij het concert lichtte Tsoupaki haar nieuwe werk kort toe: “Toen ik werd gevraagd een nieuw stuk te schrijven voor het AVRO-TROS Vrijdagconcert dat dit seizoen het thema ‘Wanderlust’ heeft, merkte ik meteen dat dat thema bij mij past. Ik kom uit Griekenland, heb een stuk over de Odyssee geschreven (Odysseus, 2021) en de vraag ‘waar gaan we heen?’ houdt me bezig. Welke beweging maken we als maatschappij? Hoe gaan we om met het klimaat?”

“Net als in veel van mijn muziek heeft Aurora veel narratieve lagen. Het stuk is een mooie reis, maar heeft tegelijkertijd ook iets grimmigs. Ik zocht niet alleen maar naar een ‘cruise­gevoel’, maar ook naar iets wat bij onze huidige tijd past, een tijd waarin alles draait om geld, een tijd van klimaatverandering en vluchtelingen.”

“Wanderlust is de drang om weg te gaan, te zwerven, het verlangen om te bewegen, het hier en nu los te laten, reizen, een fantasie zoeken, een onbekende wereld, vertrekken naar een nieuw ander leven… Als ik in Griekenland naar de zee kijk, hoe mooi het er ook is, kan ik alleen maar denken aan de andere kant van de reis. Aan de nacht in de zee, aan dromen van een nieuw leven, en daarvoor te sterven.”

“De ondertitel ‘Maybe we would have made it to heaven…’ is een allegorie voor het donker en de nachtelijke hemel. De boten hebben prachtige namen, maar er schuilt veel leed achter.”

De recensie in Trouw

“Aurora begint golvend. Er is donkerte, maar er gloort een hoopvolle klankkleur. De vraag is wel meteen of die hoop zal blijven. De aanvankelijk woordloze vocalen van het Groot Omroepkoor glijden chromatisch tussen hoge en lage noten, als onheilspellende sirenes. De strijkers van het orkest doen deze beweging na, waarmee Tsoupaki koor en orkest prachtig aan elkaar lijmt.

Het stuk is filmisch en spannend, zonder dramatisch of theatraal te worden. Het orkest blijft onder leiding van chef-dirigent Karina Canellakis kalm en gedecideerd, waardoor de thematiek alleen maar invoelbaarder wordt. De opening van het tweede deel, waarin de houtblazers het voortouw nemen, is het hoogtepunt van die ingetogen ontroering. Maar de hoop overleeft niet. Tsoupaki’s stuk eindigt als een sobere, droevige constatering.”

De recensie in NRC

“Aurora heet Tsoupaki’s nieuwste werk: de dageraad waarnaar je na een lange nacht verlangt, maar óók de naam van een van de boten die vluchtelingen naar Europa vervoeren. Het thema dat ze kreeg voor haar opdrachtcompositie was ‘Wanderlust’, vertelde Tsoupaki vorige week in het programma Opium op NPO Klassiek. De ultieme ‘Wanderlust’ vond ze zelf altijd in de Egeïsche Zee: daar varen grensde voor haar aan het paradijselijke. Maar die zee is inmiddels verworden tot een massagraf voor migranten.De compacte tekst van Aurora bestaat grotendeels uit namen van boten.

Tsoupaki, voormalig Componist des Vaderlands, maakt altijd muziek die zingt. Vaak doet ze dat voor kleinere bezettingen, in werken met een uitgekiende beheersing van kleur en samenklank die niet zelden ook een ritueel aspect hebben, zoals Odysseus en haar requiem Liknon. Dat ze ook een orkest kan bespelen bewees ze al met Salto di Saffo, ook voor het Radio Filharmonisch.

In Aurora overrompelde Tsoupaki met een glorieuze, weelderig georkestreerde opening en een woordeloos zingend koor dat de Sirenes van Debussy in herinnering riep. Een en al bevestiging – maar al snel schroefde een decrescendo de euforie terug tot sombere overpeinzing, veranderde het woordeloze koor-interval in een alarmroep. Die tweeslachtigheid doordesemde het hele werk, dat varieerde van optimistisch zeegezicht tot vintage-Tsoupaki hobo-elegie. Het hoogtepunt was een reusachtige collectieve climax, waarvan de harmonische dubbelzinnigheid ontlading vond in schitterende a capella-zang.”


Kijk ook hier 6

video-opnamen van werken van Calliope