Saskia Venegas
Medusa voor cello solo
Saskia Venegas schreef met ‘Medusa’ voor Maya Fridman een vierdelig stuk voor cello solo, met elektronica en stem. De mythische Medusa werd als priesteres verkracht door de god Poseidon en voor straf veranderd in een monster en verbannen naar een eiland voor een bestaan in eenzaamheid. Saskia Venegas gebruikte de mythe als aanleiding voor een stuk dat reflecteert op de symptomen van PTSS. Het eerste deel ‘The priestess’ ging in première tijdens de Cello Biënnale 2020. Het tweede en derde deel – ‘The Bird’ en ‘The Cave’ – klinken op 6 en 8 november voor het eerst tijdens het Erato Festival in Meppel en November Music in Den Bosch.
De transformatie van Medusa van een vrouw in een monster symboliseert de verschrikkingen en wonden die aan verkrachtingsslachtoffers worden toegebracht. Medusa beschermde Athena's tempel en legde de gelofte van kuisheid af. Haar schoonheid en haar volumineuze haar trokken de aandacht van vele mannen. De god Poseidon drong de tempel binnen in de gedaante van een vogel en verkrachtte haar. Athena gaf Medusa de schuld en transformeerde haar in een beestachtige Gorgone, met woeste slangen om haar hoofd, en verbande haar naar een eiland. Medusa kreeg bovendien de vloek over zich dat iedereen die in haar ogen keek, veranderde in steen, menselijke interactie werd onmogelijk. Vele mannen en helden probeerden vergeefs haar te doden. De halfgod Perseus onthoofde haar uiteindelijk. Het geweeklaag van de zussen van Medusa riep medelijden op bij Athena, die de dubbele rietfluit aulos creëerde om het verhaal van Medusa's dood te vertellen.
Met de mythe over Medusa en met haar muziek wil Saskia Venegas de nachtmerrie van vrouwen ontsluieren die lijden aan een posttraumatische stressstoornis als gevolg van seksueel misbruik. Een stoornis die de psyche van de slachtoffers verandert: hun persoonlijkheid verduistert en verbergt. Slachtoffers voelen zich misbruikt, geobjectiveerd, beroofd van hun menselijke waardigheid ... ze voelen zich beschaamd, gebroken en niet in staat om hun pijn te aanvaarden en te communiceren, omdat ze meestal niet kunnen ontcijferen wat er met hen gebeurde en er niemand in de buurt is die hen kan bijstaan. Hun realiteit wordt vervormd door de sluier van dissociatieve periodes, woede-uitbarstingen, ongecontroleerde angsten en soms zelfmoordpogingen. Velen trekken zich terug in een isolement. Hun verhaal wordt niet gehoord. Zij voelen zich aan de kant gezet, net als Medusa op het eiland.
We moeten in de ogen van Medusa durven kijken en begrijpen dat het de vogel is die ons versteent … en niet de slang.