Gerard Beljon
Me miseram quid agam/Min al acmaaq
El mar’a, een vrouw. Ze is sterk, gevoelig, krachtig, lief en ondernemend. Ze zorgt, voedt, steunt, ze bouwt, geeft en heeft lief. Ze gaat de straat op, vecht voor gelijkheid, voor rechtvaardigheid, voor vrede, voor het goede. Ze wappert met haar haren, knipt ze af. Ze komt op voor zichzelf en voor anderen. Ze neemt de leiding, volgt, verbindt en creëert. Daarom, een ode aan Maria, symbool voor álle vrouwen, waarin ze wordt geprezen, gegroet, bezongen en waarin zij prijst, looft én de kracht toont om overeind te blijven.
In deze ode aan de vrouw is het gregoriaans voel- en hoorbaar in ieder werk. Zowel de westerse muziek als die uit het Midden-Oosten komt voort uit conductussen, chants, tropen, cantus firmussen en daar laten ook hedendaagse componisten zich nog altijd door inspireren. Het is te horen in Hymns of el mar’a, waarin de invloed van het gregoriaans - soms enigszins verstopt - overal onmiskenbaar aanwezig is. Van Guerrero tot Britten, van Duruflé tot Gjeilo.
Me miseram quid agam/Min al acmaaq
Zo ook in het nieuwste werk van componist Gerard Beljon Me miseram quid agam/Min al acmaaq. Hij liet zich inspireren door een 12e-eeuwse muziekstuk uit de Onze Lieve Vrouwebasiliek en verklankte zijn visie op wat er nu in de wereld gebeurt, van het oorlogsgeweld in Oekraïne tot de verschrikkingen in het Midden-Oosten, waarin een vrouw vertwijfeld op zoek is naar haar verloren geliefde. Beljon verenigt in dit werk westerse muziek met klanken uit het Midden-Oosten en laat via Rianne Wilbers en Paloma Lázaro Arteaga in het Latijn en Arabisch emoties doorklinken die over eeuwen, landsgrenzen en culturele achtergronden heen gaan.
Zo slaan componist en koor een muzikale brug tussen oost en west. Er ontstaat een kunstvorm die gevoed wordt door twee verschillende culturen, maar belangrijker nog; er ontstaat begrip, verdraagzaamheid, verbinding, eenheid.
Programma
Francisco Guerrero (1528-1599): Magnificat (Ton.8 vocibus octo)
Francisco Guerrero (1528-1599): Ave Maria
Jean Titelouze (1563-1633): Magnificat septimi toni
Pablo Bruna (1611-1679): Tiento por gesolreut sobre la Letania de la Virgin
Hans Leenders (1965): Signum magnum
Benjamin Britten (1913-1976): Hymn to the virgin
Ola Gjeilo (1978): Unicornis captivatur
Petr Eben (1929-2007) Uit Sonntagsmusik: Fantasia II
Maurice Duruflé (1902-1986): Quatre motets sur des themes grégoriens
Gerard Beljon (1952): Me miseram quid agam/Min al acmaaq
Uitvoerenden
Zang – Studium Chorale
Dirigent – Hans Leenders
Componist – Gerard Beljon
Sopraan – Rianne Wilbers
Mezzosopraan – Paloma Lázaro Arteaga
Kaval & Fujara – Raphaela Danksagmueller
Orgel – Marcel Verheggen