Lucas Wiegerink
Bremer Straatmuzikanten
Holland Opera en Duda Paiva Company presenteren 'Bremer Straatmuzikanten' van 20 december 2025 tot en met 29 maart 2026. Tweevoudig Gouden Griffel winnaar Simon van der Geest schrijft opnieuw het libretto. De muziek wordt dit keer gecomponeerd door Lucas Wiegerink. De regie is in handen van Pim Veulings.
Een afgedankte ezel die accordeon speelt, een zingende henhaan met een viool, een jonge wolfshond die saxofoon speelt en een bange kat die trommelt. Vier dieren vormen gezamenlijk een bont gezelschap. In de ogen van de mensen zijn de dieren te oud of niet meer geschikt om hun werk te doen.Vol energie storten ze zich in een muzikaal avontuur.
Creatie:
Muziek: Lucas Wiegerink | libretto: Simon van der Geest | regie Pim Veulings | poppenmaker en choreografie poppen: Duda Paiva dramaturgie: Joke Hoolboom | decor: Douwe Hibma | kostuums Bregje van Balen
Uitvoering:
viool: Heleen Knoop | saxofoon: Floor Wittink | accordeon: Wilco Oomkes | poppenspel en dans: Josje Eijkenboom; Ignacio Sanz; Sophie Prins & Anne Sandee | zang & spel: Vera Fiselier & Niek Idelenburg
De bewerking van Bremer Straatmuzikanten door Simon van der Geest:
De bazen van de fabriek lopen strak in de maat. Maar ze schrikken van de resultaten: De ezel (accordeon) is te oud, de nieuwe technologie is te ingewikkeld voor hem. Hij zal worden afgeschreven. Maar de ezel heeft alles gehoord, en zodra ze hem proberen te pakken, breekt hij uit en vlucht de wijde wereld in.
Op een piepklein, omheind veldje zit een hond (saxofoon). Een baas probeert hem te leren tellen. Maar hij is te wild en kan niet stilzitten, en steeds krijgt hij straf. De ezel overtuigt hem dat een vrij leven als straatmuzikant beter bij hem past.
Op straat vinden ze een hen/haan (viool) die in elkaar gemept is. Twee bazen van het legbataljon vertellen dat de hen bij hen werkte maar weigerde om eieren te leggen; ze beweert geen hen te zijn. ‘Goed; ben je geen hen, dan ben je een haan, en moet je kukelen, voor de wekservice.’ Maar dit dier voelt zich ook geen haan. De henhaan wil niet leggen of kukelen, maar veel liever dansen.
De ezel en de hond helpen de henhaan overeind en nemen hen mee. Als ze ook nog een poes met een oorlogstrauma tegenkomen is het kwartet compleet.
Ze trekken verder maar hebben moeite met elkaars grillen: de ezel is te traag, de hond schiet alle kanten op en de henhaan is koppig. Als het onweer losbarst krimpt de poes ineen en durft niet meer verder. De anderen zuchten, maar helpen haar erdoorheen en ze verzoenen zich. Ze besluiten een bandje te beginnen: de Bremer Buitenbeentjesband.